Ousman en Chris

Inmiddels is de ramadan over. Afgelopen week is er een paar dagen feest geweest. Mannen, vrouwen en kinderen gingen elke avond, uitgedost in de mooiste jurken, bij elkaar op visite. Samen eten en bidden. Ik vroeg me af wat ze precies vieren. We hebben het aan verschillende moslims gevraagd maar niemand kon ons het antwoord geven. Misschien hebben we het net aan de verkeerden gevraagd ;-). Ik ben wel blij dat het over is want tijdens de ramadan is er ’s nachts nog meer herrie in het dorp dan normaal. Zeker in de nacht van vrijdag op zaterdag was het hier vaak een kabaal van jewelste; Islamitische gebeden schallen dan luid door de megafoons en luidsprekers. Van slapen komt dan niets.

Van Nederlanders krijg ik regelmatig ook de vraag hoe het met mijn gezondheid gaat. Een ander klimaat, ander eten, cultuurstress.. dat moet wel iets met je lichaam doen. Maar het gaat heel goed! Ik ben dankbaar zoals het gaat. Met Arnest z’n gezondheid ging het een paar weken geleden even niet zo goed. De hele nacht overgeven en diarree. De volgende ochtend zijn we naar het ziekenhuis gegaan. De dokter kon niet zeggen wat het was maar toen ik een dag later de symptomen checkte op internet kwam ik er achter dat het een voedselvergiftiging moest zijn. Inmiddels is hij daar gelukkig weer helemaal van opgeknapt. God zorgt voor ons!

In Gambia werkt alles anders dan in Nederland.. de meest simpele dingen. Elke ochtend gaat één van ons naar een lokaal shopje voor brood voor ons ontbijt, als we kip willen eten moeten we die eerst zelf uitbenen en om niet meer te noemen; elektriciteit moeten we zelf kopen als het op is en hiervoor moeten we naar een kantoortje in een dorp verderop. Vorige week zaterdag ging ik daar ook voor op pad. Echter, bij het kantoor aangekomen (rond 10.30 uur) was er nog geen medewerker aanwezig. Een vriendelijke knul van een jaar of 20 die al even stond te wachten, wees me op een krukje vlak bij de ingang en we hadden een geamuseerd gesprek. Grappig dat hij als Gambiaan mopperde op de mentaliteit van veel Gambianen; dat ze altijd te laat zijn en de tijd van anderen niet respecteren. We hebben twee uur moeten wachten voordat er een medewerker op kwam dagen. Maar we hebben een mooi gesprek gehad. Hij vertelde dat hij moslim is, veel van zijn ouders houdt, graag naar Europa zou willen, maar alleen voor vakantie, want hij vindt dat hij zijn verantwoordelijkheid in Gambia heeft. De jongen, zijn naam is Ousman, vertelde dat hij met zijn vader naar een film op televisie zat te kijken toen de stroom, net op een heel spannend moment, uitviel. Ik vroeg om welke film het ging. De Jezusfilm. Het moment dat de stroom uitviel was toen Jezus gekruisigd werd. Ousman vertelt dat hij en zijn vader het zo oneerlijk vonden en bijna moesten huilen want Jezus had zoveel goede dingen gedaan. Toen ik aangaf dat ik het vervolg van de film wel kon vertellen was hij verbaasd; ‘O ja, hoe weet je dat, ken je de film’? Nee, maar ik ben christen en ik ken wel de Bijbel en dit verhaal komt uit de Bijbel. Vervolgens heb ik aan Ousman het hele Evangelie kunnen uitleggen. Hij stelde veel vragen en luisterde met grote ogen. Aan het eind van het gesprek ging hij enthousiast in op mijn vraag of hij een keer naar de kerk wilde komen en beloofde ook zijn vader en moeder mee te nemen.

We maken ook verdrietige dingen mee. Vorige week kregen we bericht van Moses, één van de bestuursleden van de Christian Care Foundation. Hij was die nacht op straat een huilende jongen van een jaar of 8 tegengekomen; Chris. Chris vertelde dat hij uit het huis van zijn oom en tante is gevlucht. Zijn moeder leeft niet meer en zijn vader is ernstig ziek en woont bij familie in het buitenland. Zijn oom en tante hebben hem in huis genomen maar hij wordt door hen mishandeld. Zowel lichamelijk als geestelijk. De jongen vertelde dat hij christen is maar dat zijn oom en tante hem dwingen om zich als moslim te gedragen. Ze hebben zijn naam veranderd in Mohammed en hij moet 5 keer per dag bidden, ondanks dat hij dat niet wil. In huis moet hij alles vieze klusjes opknappen en al het werk doen terwijl zijn neefjes en nichtjes spelen. Ook wordt hij door zijn tante veel en hard geslagen. Bestuurslid Moses heeft Chris meegenomen naar het politiebureau om er melding van te maken. Omdat de politie het verhaal niet geloofde hebben ze Chris op het politiebureau ook geslagen met het idee dat hij dan de waarheid wel zou vertellen. Die nacht moest Moses Chris op het politiebureau achterlaten. De afspraak werd gemaakt dat Moses de volgende ochtend terug zou komen om te kijken wat we zouden kunnen doen. Toen Moses de volgende ochtend op het politiebureau kwam vertelde de politie echter dat Chris door zijn oom en tante is opgehaald. Bizar dat de politie Chris willens en wetens teruggeeft aan mensen die hem mishandelen…
Toen we de politie vroegen waar de familie woont vertelde de officier die dienst had dat hij dat niet wist en dat de officier die het wel weet er morgen weer zou zijn. Toen Moses de volgende dag terugkwam zei de betreffende officier dat hij geen tijd heeft om te vertellen waar de familie woont. Oftewel.. ze vinden het wel prima dat deze jongen weer achtergesteld en mishandeld wordt, want hij is tenslotte niet gehoorzaam aan de leer van zijn Islamitische pleegouders… We hopen en bidden dat we deze jongen nog een keer zullen tegenkomen op straat of dat hij opnieuw een manier vindt om te ontsnappen en dat hij dan wel een goede opvang vindt.

Een jongen in Gambia (niet Chris)