Allereerst bedankt voor alle felicitaties voor mijn verjaardag vandaag. Vanmorgen zijn we om 6.00 uur al van huis vertrokken met m’n broer en nichtje voor een dagje uit naar Cochem (Duitsland). Een leuke dag met een hoop gezelligheid, lekker weer en leuke dingen doen. We zijn met de stoeltjeslift naar boven gegaan en nog een stukje doorgelopen naar het hoogste punt van de heuvel. We hebben een mooi kasteel bezocht en de dag afgesloten met een echte Duitse Wiener schnitzel bij een restaurantje aan de Moezel.
De afgelopen weken zijn we regelmatig door vrienden en kennissen getrakteerd op een dagje uit, etentje etc. We genieten ervan! Ook hebben we samen twee weken in het huis gezeten van het gezin van mijn broer en schoonzus die naar Kreta op vakantie waren. Lekker even op onszelf. Het bevalt prima hoor bij onze ouders maar het is ook wel lekker om echt even samen te zijn. Dat gebeurt in Gambia ook bijna nooit.
Gezondheid Arnest
Nog even kort iets over Arnest z’n gezondheid voordat ik Miranda aan het woord laat. In de laatste nieuwsbrief schreef ik dat er in het AMC vervolgonderzoeken gepland stonden voor Arnest. Helaas werden we een paar dagen later gebeld dat de onderzoeken toch niet in Amsterdam konden plaatsvinden omdat we niet onder hun postcodegebied vallen. Het AMC heeft weer terugverwezen naar de huisarts die een verwijzing naar het ZGV in Ede heeft gestuurd. Helaas zorgt dat voor weer extra weken wachten. Aanstaande vrijdag hebben we een eerste consult in Ede. We hopen dat de onderzoeken die nodig zijn snel kunnen worden ingepland en dat snel duidelijk is welke behandeling Arnest moet krijgen. We bidden dat de behandeling vervolgens ook Arnest z’n klachten vermindert of zelfs wegneemt. Ik heb inmiddels twee keer een bloedonderzoek gehad om te kijken of ik ook besmet ben met hepatitis B. De eerste keer gaf de uitslag een A-typisch beeld, wat de reden was dat ik nog een keer bloed moest laten prikken. Hier hoop ik binnenkort de uitslag van te weten.
Door de ogen van Miranda
Zoals ik hierboven al zei; ik zou Miranda aan het woord laten. Tot nu toe heb ik alle bijdragen voor de blogs helemaal zelf geschreven maar het leek me ook wel een keertje leuk om anderen aan het woord te laten. Deze keer is dat Miranda Jansen, een vriendin en lid van ons thuisfrontteam. Vlak voor wij naar Nederland kwamen was zij 2 weken onderdeel van ons gezin in Gambia. In de volgende blog komt er een stukje van een andere vriendin; Ella de Kok, die ook 3 weken bij ons in huis was. Ben je nog niet ingeschreven voor de blogs en benieuwd naar de volgende blogs en nieuwsbrieven? Laat je e-mailadres dan achter op onze website: www.familiejassey.nl
Miranda:
‘Kasumai?’ Deze vraag kan je zomaar gesteld worden als je in Gambia op bezoek gaat bij familie van Arnest en Andrea. Antwoord dan ‘kasumai lama’ en stel dezelfde vraag, en je zult waarschijnlijk een lach op het gezicht van de ander zien. De vraag ‘how are you’ (de betekenis van ‘kasumai’) is in Gambia aan de orde van de dag. Iedereen stelt de vraag aan iedereen en meestal is het antwoord ‘I am fine’. Soms lijkt de vraag meer een groet, want het kan zijn dat de vragensteller alweer verdergaat zonder op antwoord te wachten. Hoe dan ook, het is één van de sociale omgangsvormen die je zeker zal tegenkomen als je naar Gambia gaat.
Net als dat je als blanke zult weten dat je een ‘toubab’ (blanke) bent. Kinderen roepen het je toe, of komen met blije, verwachtingsvolle gezichtjes op je afgerend. Ook volwassenen weten het woord handig te gebruiken om je aandacht te trekken. Voor mijn gevoel zit er niet direct een negatieve klank aan. Niet zoals in Nederland ‘zwarte’ gebruikt kan worden. Blank wordt vooral geassocieerd met rijk. En ja, ben je dat ook niet, als je een vliegticket kan betalen?
Eind mei mocht ik twee weken te gast zijn bij Arnest en Andrea. Tegelijk met Ella, die daar drie weken was, ook vanuit Nederland. Een indrukwekkende ervaring, om iets mee te krijgen van hun leven daar. Je weet wel, in een huis in Sanchaba Touba, vlakbij de moskee. Vanaf de markt een eindje een straat in, bij een groene muur linksaf en dan weer ergens rechts, daar is het. Straatnamen en huisnummers kennen ze niet. Alle wegen lijken hetzelfde: zand. Maar volgens de Gambianen is elke straat heel anders. Met wat oefenen, en geduld van behulpzame huisgenoten, leerden Ella en ik een aantal plaatsen te vinden: een shopje om de hoek voor het dagelijks brood, een ander shopje voor flessen water (ons maagdarmstelsel bleek niet bestand tegen het kraanwater), de markt, een taxistandplaats, één van de vele geldwisselkantoortjes, etc.
Als familie leef je hier echt samen en help je elkaar als vanzelfsprekend. Zo ook buurmeisje Ami, een lief en aanhankelijk kind, die regelmatig mee eet en overnacht en veel met Yama optrekt. En Antoine, een ‘zoon’ van Arnest en Andrea, die al een tijdje bij hen woont voor onbepaalde tijd. Zijn biologische vader is een broer van Arnest en woont in buurland Senegal; in deze cultuur is de zoon van je broer ook een zoon van jou, en kan hij dus ook bij je in huis komen wonen. Op jezelf wonen is in Gambia trouwens not done; als vrouw wordt je dan al snel als hoer gezien. In één van de vele hilarische maar ook serieuze gesprekken over cultuurverschillen werd er dan ook nogal verwonderd op gereageerd dat Ella en ik, net als Andrea vroeger, alleen in een huis wonen.
Huize Jassey is een zoete inval. Dorpsbewoners komen water halen, familie en gemeenteleden komen langs, kennissen die in de buurt zijn maken een praatje. Ook de telefoon staat niet stil. Wat gebeurt er hier veel ‘zomaar even’ tussendoor. In de avonden, als het donker is, is er meer rust. Tijd die Andrea bijv. benut om administratie van de kerk bij te werken en Arnest om een preek voor te bereiden. Zolang er stroom is, is er licht en doet de ventilator het, wat wel zo fijn is als je je in de warmte wilt concentreren. En hoor je van buiten plotseling geklater, dan weet je dat de watertank vol is en je de pomp stop mag zetten tot er weer nieuw water nodig is.
Tijdens ons verblijf werd ook onderwijs gegeven aan jongemannen uit de gemeente. Zij weten zich geroepen om het Woord te verkondigen. De kerk is jong en de gemeenten relatief klein. Bijzonder om te zien hoe de Heere leidt en geloof werkt. Eén van hen, een twintiger, was in zijn tienerjaren een gerespecteerd voorganger in een moskee in een ander Afrikaans land. In het gezin waar hij opgroeide waren drie kinderen overleden aan eenzelfde ziekte. Hij las ergens over Jezus die een wonder deed. Toen werd een vierde kind ziek. Hij bad of dit broertje mocht genezen, als Jezus bestond. Het kind genas. Hij vertelde dat God het gebruikte als middel tot geloof in Jezus Christus. Zijn vader leeft niet meer en met zijn moeder heeft hij al jaren geen contact gehad. Hij wil niet dat zij om hem uit de familie verstoten wordt, omdat hij nu christen is. Toch hoopt hij eens terug te gaan naar zijn geboorteland, om ook daar het Evangelie te verkondigen.
Twee weken ben ik bij Arnest en Andrea geweest, en er is zoveel wat ik zou kunnen delen. Ik vraag me af, hoe doet Andrea dat iedere keer, een keuze maken voor in haar blogs? Als je echt wilt weten hoe het in Gambia is, zit er volgens mij maar één ding op: zelf gaan. De Gambianen zullen je gastvrij onthalen!